Hollandsch Gemiemel
Het aller-, allerfijnste van reizen is dat ik er letterlijk zo veel van leer. Terwijl ik al nippend van een mierzoete café latte met vanille en slagroom zit te genieten (what else do you need at 5:15AM?), word ik overspoeld met inspirerende thema’s voor mijn blog. Zij het voor twee dagen, I’m on the road again!
Terwijl ik in de rij sta om naar migratie te gaan, probeer ik de twee klagende Nederlanders die voor mij staan met man en macht te negeren. Met paniek in hun ogen en het angstzweet op hun bovenlip vragen ze zich af hoe het mogelijk is dat de gate 50 minuten voor vertrek nog steeds onbekend is (welkom in Latijns Amerika, is mijn simpele antwoord). Klaagzang na klaagzang passeert de revue en zonder het te willen gaat mijn brein met me op de loop... “Wat een stomme, zeikende Nederlanders. HOEZO moet ik nu weer net achter hen staan? Waarom kan ik niet enige Nederlander in Peru zijn? Kunnen ze niet gewoon hun mond houden? Hebben ze nu niks geleerd van hun reis? Kunnen ze niet gewoon genieten, ze zijn ten slotte in Peru...” Tot ik me PLOTS besef wat er van me geworden is: een zeikende Nederlander.
Ik kom aan in La Paz – van alle beschikbare stoelen in de Boeing 737 mocht ik natuurlijk de rij delen met mijn landgenoten – maar met mijn neus tegen het raampje gedrukt heb ik intens genoten van de prachtige vlucht. De spectaculaire landing in La Paz deed mijn hart sneller kloppen (van zowel de turbulentie als de sensatie weer “thuis” te komen in dit gekke land). Ik race langs de douane, spring in de bus en spring er weer uit als ik de markt herken waar mijn geliefde Peruaans-Boliviaanse familie woont. Trappelend van ongeduld druk ik op de bel en ik word overspoeld met geluk wanneer ik in een paar liefdevolle armen word gesloten.
Met een kruik, vijf handgebreide dekens, een dampende kop thee en drie plakken cake in mijn handen gedrukt word ik welkom geheten in een land wat jaren geleden mijn hart veroverd heeft. Een land dat bijna verstopt ligt tussen de onherbergzame Andes en de exotische jungle. Waar mensen wonen die niets meer hebben dan hun nederige onderkomen maar o zo rijke cultuur. Waar de ongerepte natuur vormen aanneemt die het menselijk oog vol verbazing en verwondering achterlaten. Woest, wild en onaangeraakt; puur, authentiek en uit het hart; en vol liefde, warmte en goedgezindheid word ik me herinnerd aan de essentie van het leven... Gelukkig zijn.
Al kletsend verslinden we de cake, thee en kou in no-time, totdat ik uitgelokt word te bewijzen dat ik geen zeikende Nederlander ben. Hoe graag ik ook wil uitbarsten in geklaag over huis en haard back home in Cusco, een ander gevoel heeft eindelijk het roer overgenomen in mijn hart: ik ben gelukkig, tevreden met wat ik heb en als het Universum me klaar wilt stomen voor “algo más”, dan ben ik er klaar voor. Niets of niemand kan mij nog klein krijgen. I am a strong, confident woman.
AHÓ